

Chantal Craamer
Jaarlijks zijn er 100.000 relatieontbindingen in Nederland, waarbij in totaal 70.000 kinderen betrokken zijn. “Voor kinderen is een relatiebreuk van hun ouders altijd beschadigend”, zo stelde family mediator Chantal Craamer op het landelijk symposium over vechtscheidingsproblematiek. “Maar hoe groot de last wordt die kinderen gaan moeten dragen, hangt af van de manier waarop de ouders met de scheiding omgaan. Want wanneer ouders uit elkaar gaan, dan zijn er een aantal randvoorwaarden waarvoor ouders kunnen zorgen, waardoor de schade voor hun kinderen beperkt kan worden”.
Randvoorwaarden
Om ervoor te zorgen dat kinderen zo weinig mogelijk last hebben van het scheidingsproces en de periode daarna, is het van belang dat kinderen hulp krijgen van hun ouders, al dan niet in samenwerking met betrokken professionals. Craamer: “Het is verschrikkelijk belangrijk dat kinderen zich geliefd voelen bij beide ouders en ook van allebei mogen houden. Wanneer bijvoorbeeld iets positiefs zeggen over vader in het bijzijn van moeder niet kan, dan plaatst dat een kind in een hele vervelende positie”. Daarnaast is het volgens Craamer van belang dat ouders tijdens én na de echtscheiding met elkaar kunnen overleggen en samen, weldoordacht aan hun kinderen kunnen vertellen wat er gaat gebeuren. “Wees duidelijk over wie waar gaat wonen, wanneer het kind bij wie is en wat er allemaal hetzelfde blijft als voorheen”. Het vermijden van ruzie, hoe moeilijk ook, is daarbij essentieel, zodat er ruimte blijft voor reacties, emoties en vragen. Op die manier kunnen ouders ook een hulpbron blijven voor hun kinderen, ondanks dat kinderen door de scheiding van hun ouders het vertrouwde fundament onder zich uit voelen zakken. “Een echtscheiding is voor kinderen tenslotte een hele emotionele periode”.
Gemakkelijk gezegd
De randvoorwaarden die Craamer noemt, liggen weliswaar voor de hand, maar in de praktijk blijkt het buitengewoon moeilijk om ze te realiseren. Daarom helpt zij in haar eigen praktijk ouders hiermee. Ze stelt daarbij de kinderen centraal en bespreekt daarbij de scheidingsmelding dat het voor beide betrokken partners geaccepteerd wordt. Niet alleen met het verstand, maar ook gevoelsmatig. Doel daarbij is de partnerproblematiek te bespreken en af te sluiten, zodat ouder op een respectvolle manier met elkaar leren omgaan als collega-ouders. Alleen dan kunnen ze op een goede manier met elkaar afspraken maken over bijvoorbeeld de zorgverdeling en de normen, waarden en regels die zij hun kinderen allebei mee willen geven.
Te laat
Soms komt het echter te laat, zo leerde de ervaring Chantal Craamer die ooit zelf in een vechtscheiding verwikkeld was. Dan zijn ouders al met elkaar in een vechtscheiding verwikkeld. In zo’n situatie is het belangrijk om te snappen waardoor het komt dat ouders ten opzichte van elkaar een vechthouding aangenomen hebben. “Meestal is dat zo omdat één van de ouders zich ten tijde van de relatie miskend, bedrogen of oneerlijk behandeld voelde. Vaak is ook de scheidingsmelding van de ene ouder aan de andere op een dusdanige manier gedaan dat die niet emotioneel verwerkt kon worden. Dat is met name vaak het geval wanneer de ene partner niet door leek te hebben dat er iets mis was met de relatie, terwijl de ander er al een hele tijd klaar mee was. Het conflict dat ouders met elkaar hebben draait dus vaak om gevoelens van macht en machteloosheid. Dan wordt het vaak erg moeilijk om het echte ‘belang van het kind’ te blijven zien”.
Het kind zelf
Daarnaast is het echter wezenlijk dat er ook door betrokken professionals met de kinderen zelf gepraat wordt, zodat zij de ruimte krijgen hun emoties te uiten en vragen te stellen. “Daarbij vraag ik kinderen vaak wat ze hun ouders voor tips mee zouden willen geven. Daar komen altijd hele bruikbare dingen uit naar voren”. Voor kinderen valt het fundament onder hun bestaan weg en zij komen met emoties in contact die zij tot op dat moment niet kenden. Niet zelden krijgen ze ook slaapproblemen als gevolg van de zorgen, krijgen ze problemen op school, ontwikkelen ze schuldgevoelens en gaan ze de verantwoordelijkheid voor hun ouders op zich nemen. “Bovendien komen kinderen vaak in loyaliteitsconflicten terecht, omdat ze geen van beide ouders tekort willen doen, maar wel het gevoel hebben dat ze tussen hun ouders moeten kiezen. Dat is iets wat je reëel gezien niet van een kind kunt verwachten. Ouders kunnen niet kiezen tussen hun kinderen, dus dan is het al helemaal een onmogelijke opdracht van kinderen te verwachten dat zij tussen hun ouders kunnen kiezen”.
Tips voor professionals
Juffen, hulpverleners en andere professionals moeten, wanneer zij werken met kinderen die in een (v)echtscheidingssituatie verwikkeld zijn, uitkijken niet in het conflict gezogen te worden. Craamer heeft een aantal tips om dat te voorkomen. De eerste is dat het proces benoemd moet worden. “Zeg dus als juf bijvoorbeeld duidelijk dat je merkt dat de ouders over andere dingen praten dan over het kind op school, of dat je het gevoel hebt dat je mening gevraagd wordt over een meningsverschil tussen de ouders”. Daarna is het zaak om de bedoeling die de professional met het gesprek heeft duidelijk te maken. “Geef dan dus aan dat je graag over de vorderingen van het kind op school wilt praten omdat de tijd beperkt is en omdat je wilt dat ouders samen goed geïnformeerd het kind kunnen ondersteunen met bijvoorbeeld huiswerk”. Soms helpt het dan ook om vervolgens aan ouders te vragen of ze denken dat het ze gaat lukken om daar in het belang van hun kind op te focussen.
Wanneer professionals meer bij de echtscheidingsproblematiek zelf betrokken zijn, omdat ze bijvoorbeeld jeugdbeschermer of raadsonderzoeker zijn, dan geeft Craamer aan dat er een aantal dingen zijn die zij zouden moeten nagaan. “Hebben beide ouders de scheidingsmelding begrepen en aanvaard? Hebben ze inzicht in de noodzaak van het splitsen van de ouderrol en de partnerrol? Is de partnerproblematiek voldoende uitgewerkt? Of heb je misschien niet op tafel gekregen wat ouders er nu écht van weerhoudt om samen afspraken te maken over de kinderen? Dat zijn dan hele fundamentele vragen die je jezelf als professional zou moeten stellen. Zolang je niet op al deze vragen ‘ja’ kunt antwoorden, dan kun je nog niet doorgaan naar de onderhandelingsfase”.
Tips die hulpverleners aan ouders kunnen geven
De belangrijkste boodschap die je als professional aan scheidende ouders kunt meegeven, blijkt te zijn dat de manier waarop zij met elkaar omgaan, bepalend zal zijn voor hoeveel last hun kind van de scheiding zal hebben. “Zeg mensen dus géén partnerproblemen te bespreken met hun kind. Laat ze de ouderrol en de partnerrol gescheiden houden. Dat iemand in de ogen van zijn ex-partner een slechte partner was, wil nog niet zeggen dat diegene ook een slechte ouder is”. In de gespreksvoering scheidt zij beide rollen dan ook zo strak mogelijk: “Zo vraag ik regelmatig of iemand op een bepaald moment in het gesprek praat ‘als Kees of als vader’. Dat werkt vaak heel goed en kan elke hulpverlener zó toepassen”.
Het goed afsluiten van de partnerrelatie om zo samen goede collega-ouders te zijn, desnoods onder begeleiding van een deskundige, is volgens Craamer wezenlijk voor de manier waarop de ex-partners als ouders van hun kind zullen kunnen communiceren.
“Maar onderschat ook het moment van de scheidingsmelding aan de kinderen niet. Adviseer ouders die aangeven te willen scheiden daarom om zich te laten voorlichten over hoe je het de kinderen het beste kunt vertellen”. Een andere boodschap die ouders mee zouden moeten krijgen, bestaat uit het hanteren van twee leefprincipes: “Nummer één: ex-ouders bestaan niet. En nummer twee: ik wijs de andere ouder niet af, want mijn kind bestaat ook voor de helft uit dat deel”.
Tenslotte zouden ouders moeten horen dat zij het hun kind moeten gunnen dat het zich door beide ouders geliefd voelt, met beiden omgaat en van allebei mag houden, zonder dat daar afkeurende reacties op volgen. Craamer vat samen: “Maak duidelijk dat het nodig is dat ouders afspraken met elkaar maken die écht in het belang van het kind zijn. Blijf in dialoog”.
Het landelijk symposium “Knokken voor de kinderen; gezinnen in vechtscheidingen en strijdzaken”, waarop Chantal onder meer deze bijdrage leverde, wordt op 21 mei 2014 herhaald in Eindhoven”.