

Kinderontvoeringsverdrag bevordert terugkeer, maar is niet altijd in het belang van het individuele kind.
Vanuit en naar Nederland worden jaarlijks ‘enkele schoolklassen kinderen’ door hun eigen vader of moeder ontvoerd. Wereldwijd gaat het ieder jaar om duizenden kinderen. Om internationale ontvoering van kinderen tegen te gaan is in 1980 het Haags Kinderontvoeringsverdrag in het leven geroepen. Juriste Geeske Ruitenberg heeft hierover het eerste Nederlandse proefschrift geschreven, dat zij op 16 oktober verdedigt. Wordt bij de toepassing van het Kinderontvoeringsverdrag voldoende rekening gehouden met de belangen van ontvoerde kinderen?
Kinderontvoeringsverdrag bevordert terugkeer
Op basis van een omvangrijk literatuur- en jurisprudentieonderzoek concludeert Geeske Ruitenberg dat het Kinderontvoeringsverdrag bevordert dat ontvoerde kinderen naar hun vertrouwde omgeving terugkeren en in dat opzicht succesvol is. Inmiddels past een groot aantal landen dit verdrag toe. Ontvoerde kinderen worden in de praktijk soms echter teruggestuurd naar het land waaruit zij ontvoerd zijn, terwijl dit niet in hun individuele belang is. Er is dan ook ruimte voor verbetering, vindt Ruitenberg. “Er kan bij de toepassing van het verdrag nog beter rekening worden gehouden met de individuele belangen van elk ontvoerd kind.”
Uitzonderingsbepalingen
Het Haags Kinderontvoeringsverdrag bevat enkele bepalingen op grond waarvan rechters kunnen besluiten dat een ontvoerd kind niet hoeft terug te keren. Destijds werd gevreesd dat als rechters die uitzonderingsmogelijkheden te lichtvaardig zouden toepassen, het Kinderontvoeringsverdrag op een mislukking zou uitdraaien en een dode letter zou worden. Ruitenberg: “Inmiddels zijn we heel wat jaren verder. Het verdrag blijkt in het algemeen goed te werken, zodat men iets losser kan omgaan met de uitzonderingsmogelijkheden.”
Interpretaties
Een van de aanbevelingen uit het onderzoek is dan ook om een nieuwe toelichting bij het Kinderontvoeringsverdrag op te stellen. Deze toelichting moet de oorspronkelijke toelichting die door rechters wordt gebruikt vervangen. Uitgangspunt in de nieuwe toelichting is dat het belang van ieder individueel kind bij het toepassen ervan voorop dient te staan. In de huidige praktijk wordt het Kinderontvoeringsverdrag in verschillende landen verschillend geïnterpreteerd. Ruitenberg stelt in haar proefschrift dat een nieuwe toelichting zou kunnen bijdragen aan meer uniformiteit.
Interessant artikel? Meld u dan aan voor onze gratis nieuwsbrief en mis nooit meer iets!
Meediscussiëren over dit artikel over het Kinderontvoeringsverdrag? Dat kan in onze LinkedIn-groep.