Foto: Henk-Jan van der Klis (CC BY-NC-ND 2.0)

De eerste stap naar een goede samenwerking in sociale wijkteams in Zwolle en Elburg is gezet. Dat blijkt uit een onderzoek van het Centrum voor Samenlevingsvraagstukken van Hogeschool Viaa in Zwolle. Gemeenten stonden per 1 januari 2015 voor de grote opgave om de torenhoge ambities van de transities in de zorg waar te maken. In Zwolle en Elburg startten daartoe sociale wijkteams. In deze teams werken professionals samen in de zorg voor burgers op het gebied van bijvoorbeeld opvoeden, dagbesteding, werk en inkomen en mantelzorg. Hogeschool Viaa is vanuit de werkplaats Sociaal Domein vanaf de start nauw betrokken bij de sociale wijkteams. In 2015 deed het Centrum voor Samenlevingsvraagstukken van Viaa met het onderzoeksrapport ‘Uit de startblokken’ een nulmeting. Het onderzoek ‘In de running’ is het vervolg.
Positief
Het onderzoek laat een aantal positieve ontwikkelingen zien binnen de sociale wijkteams. Zo gaan professionals uit Zwolle en Elburg met plezier naar hun werk en vinden zij dat ze zich voldoende kunnen ontwikkelen in hun functie. Verder geven ze aan dat het doel van het sociale wijkteam voor hen helderder is dan in de startfase. Daarnaast is de organisatie duidelijker geworden en zijn professionals tevreden over de onderlinge samenwerking.
Taakverschraling
Het rapport legt ook enkele punten bloot die beter kunnen. Zo hadden professionals de verwachting dat zij binnen de sociale wijkteams meer gebruik zouden kunnen maken van de kwaliteiten van burgers. Zover is het nog niet gekomen. Zaken als inzet van vrijwilligers en rekening houden met financiën vinden professionals belangrijk, maar passen ze niet altijd toe. Tot slot blijkt dat er sprake is van behoorlijke taakverschraling, terwijl professionals het juist belangrijk vinden dat zij hun eigen vakinhoudelijke kennis blijvend kunnen inzetten.
Eerste stap
Christel Teekman, onderzoeker van Hogeschool Viaa, ziet dat sociale wijkteams de eerste stap hebben gezet. “De wijkteams hebben zich de veranderde structuur en bijbehorende regels en procedures eigen gemaakt. Dat is een mooie eerste stap, waar de professionals trots op mogen zijn. De volgende stap is een fundamentele verandering in overtuigingen en in werkwijze. In het onderzoeksrapport doen wij de aanbeveling om gezamenlijk verder te werken zodat de wijkteams ook deze verandering realiseren.” Teekman geeft in het rapport ook een doorkijkje naar de toekomst. Ze stelt dat de professional vooral ruimte moet krijgen om zelf beslissingen te nemen. “Door netwerkgericht en in samenspraak met burgers te werken valt er veel winst te boeken. Die houding begint bij een professional die zelfstandig wil en kan handelen. En daarom is het ook zo mooi dat in de sociale wijkteams professionals, onderzoekers, docenten en studenten samenwerken. We brengen de praktijk op deze manier dicht bij de opleiding, waardoor de professionals van de toekomst leren werken vanuit deze zelfredzame houding.”
Aanbevelingen voor sociale wijkteams
De onderzoekers bevelen onder meer aan om een poule van burgers en ervaringsdeskundigen op te zetten waar sociale wijkteams een beroep op kunnen doen. Ook nodigen zij uit tot een nadere reflectie op het al dan niet wijkgerichte karakter van ondersteuning en hulpverlening: “Uit diverse onderzoeken blijkt dat ook vragen gesteld worden of alles in de wijk plaatsvindt en georganiseerd moet worden. Het is voor sociale wijkteams belangrijk om goed gebruik te maken van de nabijheid. Je komt in de directe leefomgeving van kwetsbare groepen. Maar het is hiermee niet vanzelfsprekend dat bewoners zich ook op wijkniveau organiseren. Het is belangrijk om ook aandacht te hebben voor initiatieven die door burgers al zijn ingezet en bij elkaar worden gebracht die niet op wijkniveau worden georganiseerd en niet aan wijkniveaus zijn verbonden”.
Het complete rapport is te downloaden vanaf de site van Viaa.
Interessant artikel? Meld u dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief en mis nooit meer iets!
Mee discussiëren? Dat kan in onze LinkedIn-groep.