Foto: Valerie Everett (CC BY-SA 2.0)

Cocaïneverslaafden zijn slecht in het aanpassen van aangeleerd gedrag. Ook zijn ze minder geneigd actie te ondernemen om negatieve effecten te vermijden. Dat blijkt uit onderzoek van een internationaal team met onder meer psychologen Maartje Luijten van de Radboud Universiteit en Sanne de Wit van de Universiteit van Amsterdam.
Het onderzoek, dat beschreven staat in de nieuwe editie van wetenschapsblad Science, geeft handvatten voor de behandeling van verslaving.
Belonen en straffen
Psychologen onderzochten het effect van beloning en straf op het aanleren van gewoontes bij 72 proefpersonen met een cocaïneverslaving, terwijl 53 mensen zonder verslaving de controlegroep vormden.
In een twee tests kregen de proefpersonen afbeeldingen op een beeldscherm te zien en moesten ze daarop reageren. Bij de ene test veranderde de opzet van de proef na een kwartier en kregen de deelnemers straf bij fout gedrag. Verslaafden bleken slechter in het onderdrukken van wat ze al hadden aangeleerd.
Bij het andere experiment kregen de proefpersonen bij sommige afbeeldingen een milde schok toegediend. De schok voorkomen kon door op een pedaal te trappen. De verslaafden waren minder geneigd het pedaal in te drukken.
Gewoontevorming
Het onderzoek, dat onder leiding stond van psycholoog Karen Ersche van de University of Cambridge, toont de rigiditeit van het gedrag van verslaafden. Ze zijn heel gevoelig voor een aanvankelijke beloning, maar kunnen hun gedrag slecht aanpassen als de omstandigheden veranderen.
De snelle gewoontevorming en onverschilligheid tegenover straf, zijn misschien te vertalen naar effectievere behandeling van verslaving. Het benadrukken van de negatieve gevolgen van een verslaving, zoals bijvoorbeeld het dreigen met ontslag, is in veel gevallen niet effectief. De Wit: ‘Sterker nog, het brengt stress met zich mee en uit eerder onderzoek blijkt dat stress mensen juist terugwerpt op hun gewoonten.’ Dreigementen en straffen zouden in die zin het verslavingsprobleem dus kunnen verergeren.
Positief gedrag
De Wit ziet meer heil in het benutten van de gewoontegevoeligheid door de drugsverslaving te vervangen door een andere, positieve gewoonte. ‘Ik denk dan aan het opzoeken van gezelschap van vrienden en familie of het oppakken van een sport als alternatief voor drugsgebruik.’ Een andere aanpak die soelaas kan bieden is het belonen van het niet-gebruiken, zoals gebeurt in een onderdeel van cognitieve gedragstherapie dat contingency management wordt genoemd. Daarbij kunnen verslaafden bijvoorbeeld vouchers verdienen waarmee ze naar de sportschool kunnen.
Interessant artikel? Meld u dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief en mis nooit meer iets!
Mee discussiëren? Dat kan in onze LinkedIn-groep.