“Gevolgen kindermishandeling zijn heel divers”
On 23/09/2020 by Redactie StandardDe langetermijngevolgen van mishandeling en verwaarlozing kunnen heel breed en ernstig zijn, maar ze zijn niet direct voorspelbaar. Hoe signaleer je deze problemen en hoe werk je met kind, ouders, netwerk en hulpverleners samen om de schade zo beperkt mogelijk te houden? Blik op Hulp vroeg het in de aanloop naar het online congres over ingrijpende jeugdervaringen (ACEs) aan Dr. Marieke Tollenaar van de Universiteit Leiden.
Divers
Kindermishandeling is een heel divers verschijnsel. Vaak wordt in eerste instantie gedacht aan de gevolgen van seksuele en fysieke mishandeling of fysieke verwaarlozing. Emotionele mishandeling, zoals schelden, bang maken, of een kind zich niet gewenst laten voelen kan echter ook ernstige gevolgen hebben voor de ontwikkeling van het kind. Hetzelfde geldt voor emotionele verwaarlozing, daar is bijvoorbeeld sprake van wanneer een ouder geen liefde en aandacht voor het kind heeft. Daarnaast kan mishandeling eenmalig zijn of een dagelijkse aangelegenheid. Al dan niet sluipend en chronisch. Bovendien kunnen er ook meerdere typen mishandeling en verwaarlozing tegelijk plaatsvinden. “Al deze soorten mishandeling en verwaarlozing moet je classificeren als stress en zijn potentieel traumatisch, wat naast de directe gevolgen ook de langetermijneffecten kan verklaren”, begint Tollenaar. “Het kan ook verklaren hoe al de verschillende typen mishandeling en verwaarlozing dezelfde soort gevolgen kunnen hebben”.
Gevolgen kindermishandeling
De gevolgen van kindermishandeling zijn, zoals gezegd, niet rechtstreeks voorspelbaar. De gevolgen kunnen zich volgens Tollenaar op veel verschillende manieren uiten. “Mishandeling en verwaarlozing kunnen emotionele en psychische problemen geven. Daarbij kun je denken aan post-traumatische stressklachten, depressie of een verlaagd concentratievermogen. Maar daarnaast kunnen ze ook leiden tot interpersoonlijke problemen met andere kinderen of in relaties. Ook cognitieve problemen komen regelmatig voor, zoals slechter presteren op school”.
Lichamelijke en geestelijke stress
De impact van kindermishandeling beperkt zich echter niet tot het psycho-sociale domein. Ook op medisch vlak kunnen kinderen er op lange termijn last van hebben. “Het kan leiden tot verhoogde kans op ziektes zoals obesitas en eetstoornissen. Die gevolgen vormen de impact van de ervaren lichamelijke en geestelijke stress op het kind, waarbij kwetsbaarheden worden versterkt en tot uiting kunnen komen. Iedereen heeft zijn eigen kwetsbaarheden, onder andere als gevolg van je genetische opmaak, de vroege ontwikkeling in de baarmoeder en de hechting met verzorgers in de eerste levensjaren.”, aldus Tollenaar.
Klachten
De stress door mishandeling en verwaarlozing kan direct leiden tot emotionele en psychische klachten, maar op termijn ook tot een lagere zelfwaarde en zelfvertrouwen. Tollenaar: “Dat kan zich uiten in het gedrag van een kind. Het wordt bijvoorbeeld angstig en teruggetrokken. Of je ziet juist het tegenovergestelde in de vorm van agressie of pestgedrag. Bij adolescenten kan het leiden tot verslaving of delinquent gedrag”.
Dementie
Doordat stresshormonen ook impact hebben op de ontwikkeling van de hersenen, blijken soms op latere leeftijd pas klachten te ontstaan. “De hersenen in ontwikkeling zijn erg gevoelig voor traumatische en chronische stress, waardoor er veranderingen op kunnen treden in delen van de hersenen die gedrag, gevoelens en cognitieve vermogens aansturen”, legt Tollenaar uit. “Ook kan chronische stress het immuunsysteem beïnvloeden, waardoor iemand kwetsbaarder wordt voor infecties en ziektes. Op latere leeftijd kunnen mensen daardoor dan ook eerder ouderdomsziektes ontwikkelen, zoals hart- en vaatziekten en dementie”.
Moeilijk te voorspellen
Wat de precieze gevolgen zijn van mishandeling of verwaarlozing voor een specifiek kind blijkt dus moeilijk te voorspellen. “Afhankelijk van de kwetsbaarheden van een kind, de heftigheid en duur van de stress, maar ook de sociale steun die het ontvangt, kunnen de gevolgen zich verschillende kanten op ontwikkelen. De één zal gevolgen in gedrag laat zien, terwijl de ander de gevoelens opkropt. Of de problemen komen pas later tot uiting, bijvoorbeeld in de puberteit, tijdens de overgang naar zelfstandigheid, in romantische relaties, of bij het krijgen van een eigen kind”, aldus Tollenaar.
Ouderschap
Ouders die als kind zelf mishandeld zijn, blijken ook een groter risico hebben om hun eigen kinderen te mishandelen of verwaarlozen. “Hoewel ongewild, kunnen problemen in het omgaan met stress, weinig sociale steun, en soms de eigen onveilige hechting leiden tot mishandelend of verwaarlozend gedrag. Hoe eerder een kind of volwassene dus geholpen wordt met de gevolgen van mishandeling en verwaarlozing, hoe lager de kans op het doorgeven van dit gedrag”, legt Tollenaar uit.
Herkenning
Het is daarbij belangrijk om te weten dat niet alle problematiek makkelijk te herkennen is. Tollenaar: “Kinderen kunnen de problemen tot zichzelf houden uit angst of schaamte. En op latere leeftijd kunnen persoonlijkheidsproblemen lastig te herkennen zijn als gevolg van mishandeling, of tot onwil leiden voor behandeling. De huidige psychische behandelingen die er zijn om bijvoorbeeld angst, depressie of post-traumatische stress te behandelen, pakken daarnaast niet altijd de onderliggende gevolgen van het mishandelverleden aan, waardoor problemen op termijn weer terug kunnen komen”.
Lastig
Zoals genoemd kunnen de gevolgen voor elk kind anders uitpakken. Er is dus niet één soort gedraging of gevolg die toe te wijzen is aan mishandeling of verwaarlozing. Dat maakt het lastig om de gevolgen te signaleren. De genoemde gevolgen zoals angst, depressie, agressie of cognitieve problemen kunnen bovendien ook bij iemand voorkomen zonder dat er sprake is geweest van mishandeling. “Er wordt dus niet altijd direct gedacht aan mishandeling of verwaarlozing bij emotionele en gedragsproblemen en je wilt ouders niet ten onrechte beschuldigen. Maar dat neemt niet weg dat er signalen zijn die indicaties kunnen geven dat er thuis mogelijk problemen spelen. Daarbij kun je denken aan seksueel ongepast gedrag voor de leeftijd. Of problemen in het reguleren van emoties zoals bijvoorbeeld snel ruzie maken, pesten, geen empathisch vermogen tonen, maar ook juist het hebben van een slachtofferrol in pest-situaties of teruggetrokken gedrag. Als de thuissituatie te stressvol is om te kunnen leren kan dat aandachtsproblemen tot gevolg hebben. Maar van de andere kant kunnen die problemen ook ontstaan als gevolg van de aanleg van het kind, het temperament, of neuropsychologische problematiek als ADHD en autisme. Dat maakt het ronduit lastig”.
Angst en loyaliteit
Als leerkracht en hulpverlener is het daarom van belang om ouders te betrekken bij de problemen van het kind, om een beter beeld te krijgen van wat er speelt. “Ouders zijn echter niet altijd beschikbaar, waardoor de hulpverlener uit moet gaan van wat het kind vertelt”, merkt Tollenaar op. “Daarbij kan het zijn dat het kind de ouders beschermt, uit angst of uit loyaliteit. Ook aan een mishandelende ouder kan een kind zich namelijk hechten. Ze kunnen onvoorwaardelijk van die ouder houden. Daarnaast kan het ook zijn dat een kind zelf niet inziet dat de situatie abnormaal is. Dat zie je met name bij emotionele mishandeling en verwaarlozing.
Hulp
Hoewel een deel van de ouders graag hulp ontvangt wanneer mogelijke mishandeling of verwaarlozing ter sprake wordt gebracht, zijn er ook ouders die geen hulp willen. “Het is belangrijk om te beseffen dat het mishandelende of verwaarlozende gedrag van ouders vaak ongewild of onbedoeld is. Ze hebben bijvoorbeeld niet altijd de kunde om met het gedrag en de emoties van hun kind om te gaan. Vaak zijn ze ook niet goed in staat om hun eigen emoties te reguleren of weten ze niet hoe ze sensitief met hun kind om kunnen gaan. Ook kunnen eigen psychische of relatieproblemen, financiële problemen, en soms zwakbegaafdheid zorgen voor onmacht”, licht Tollenaar de lastige positie waarin ouders soms verkeren toe. “Maar dat neemt niet weg dat het van groot belang is dat er tijdig gereageerd wordt bij vermoedens van mishandeling en verwaarlozing”.
School
Een belangrijke kans voor het signaleren van kindermishandeling ligt volgens Tollenaar in het onderwijs. “Leerkrachten hebben meestal ontzettend goed zicht op kinderen en merken vaak wel degelijk als er iets niet goed zit in een gezin. Het probleem zit hem dan vooral in het niet durven handelen en bespreekbaar maken van de vermoedens, waardoor er soms vrij lang wordt gevonden dat het maar even aangezien moet worden. Dat is vaak nergens voor nodig, omdat het vaak goed mogelijk is het kind te vragen hoe het gaat en waar het behoefte aan heeft. Ook kun je de ouders vrij eenvoudig dezelfde vraag stellen. Het is belangrijk de zorgen te bespreken in het team en met een aandachtsfunctionaris”. Uiteraard kan er ook, al dan niet anoniem, zowel telefonisch als via de chat, advies ingewonnen worden bij Veilig Thuis.
Buiten het gezin
Wanneer er mishandeling binnen een gezin plaats vindt, is het dus van belang dat leerkrachten en hulpverleners hun vermoedens bespreekbaar maken en niet te lang wachten met advies inwinnen en het gesprek aangaan met kind en ouder. Maar wat als de mishandeling niet binnen, maar buiten het gezin plaatsvindt? “Wanneer de mishandeling buiten het gezin plaatsvindt, of bijvoorbeeld door één van de ouders, is het van belang zowel de ouder als het kind te ondersteunen”, zegt Tollenaar. “Daarbij zijn een aantal factoren van belang. Sociale steun is een van de belangrijkste factoren die bijdragen aan weerbaarheid en herstel bij mishandeling, óók van de niet-mishandelende ouder. De bredere familie en sociale omgeving kan daar een rol inspelen. Daarnaast is het van belang om zowel aan de psychische en sociale problemen van het kind te werken. Traumaverwerking speelt daarbij een grote rol, maar ook het reguleren van emoties en opbouwen van interpersoonlijke relaties. De ouder moet zich daarbij ook bewust zijn van de eigen mogelijke trauma’s of psychische gevolgen en kan hulp zoeken bij de opvoeding van het kind. Dus naast de directe fysieke veiligheid van het gezin door het stoppen van de mishandeling en verwaarlozing, is het ook belangrijk de emotionele veiligheid van het kind en het gezin te waarborgen. Zo kun je dan de langetermijngevolgen zo veel mogelijk beperken”.
Meer aandacht op scholen
Gevraagd naar de verbeteringen die er nog mogelijk zijn in het signaleren, bespreekbaar maken en behandelen van kindermishandeling, onderstreept Tollenaar dat er binnen scholen meer aandacht zou moeten komen voor de soms sluimerende gevolgen van kindermishandeling. “Dat kan door het bespreekbaar te maken onder de leerkrachten, maar ook binnen de klas. Daarbij is het zeker ook van belang dat leerkrachten weten hoe ze hulp in kunnen schakelen bij vermoedens en wat hun eigen rol kan zijn om het kind te ondersteunen.
Behandeling
Niet alleen de scholen hebben volgens Tollenaar nog een slag te maken. Ook voor de behandelaars van deze kinderen heeft zij adviezen. “Het is belangrijk dat de aanpak een combinatie is van de problemen binnen het gezin en de psychische problemen van het kind en mogelijk ook ouders zelf. Gelukkig zijn deze initiatieven steeds meer aanwezig. We zien steeds vaker dat het hele systeem betrokken wordt bij de aanpak. Daarbij is het ook nodig dat de kinderen op langere termijn begeleid kunnen worden, zodat zij gesteund worden bij mogelijke problemen die pas later tot uiting komen. Ook om recidive binnen het gezin tegen te gaan is dat nuttig”.
Veilige band
Ten slotte mag volgens Tollenaar ook niet vergeten worden om de onderliggende kwetsbaarheden van het kind mee te nemen in de behandeling en begeleiding. “Het is niet voldoende om alleen de uiterlijke gedragingen en acute psychische klachten van het kind te behandelen, wanneer er ook nog problemen spelen in de ontwikkeling van het zelfvertrouwen en de interpersoonlijke vaardigheden van het kind”, waarschuwt zij. “Het opnieuw of verder opbouwen van een veilige band tussen kind, ouder en het bredere sociale netwerk van een gezin is daarbij cruciaal”.
Op het jaarlijks congres over nadelige jeugdervaringen (ACEs) dat dit jaar gedurende een maand online plaats zal vinden, verzorgt Marieke Tollenaar een videocollege over dit onderwerp.
Dr. Marieke Tollenaar doet als universitair docent aan de Universiteit Leiden onderzoek naar de fysieke en psychische gevolgen van kindermishandeling.
Interessant artikel? Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief en mis nooit meer iets!
Mee discussiëren over dit en andere artikelen kan in onze LinkedIn-groep.