Blik op hulp

Aangifte doen bij agressie is ook een vorm van hulpverlenen

Aangifte doen bij agressie is ook een vorm van hulpverlenen
augustus 21
16:14 2018

Agressie in de zorg en het onderwijs komt vaak voort uit externaliserende gedragsproblemen bij cliënten en leerlingen. Omdat Blik op Hulp mediapartner is van het congres over externaliserende gedragsproblemen, interviewden we agressietrainer Fenno Moes. Fenno is één van de sprekers op het congres en gaat daar in op de do’s en don’ts in het omgaan met dreigende agressie in de zorg.

Handelingsverlegenheid

Wanneer het gaat om omgaan met externaliserend gedrag en de agressie die daarmee samen kan hangen, heerst er veel handelingsverlegenheid. Er is vaak angst om een tik te krijgen. Het voorkómen van agressie is dan ook essentieel om veilig je werk te kunnen doen. Fenno Moes: “Als je wil voorkomen dat een situatie escaleert, dan is het belangrijk om snel te kunnen zien met welke vorm van agressie je te maken hebt. Aan de ene kant heb je frustratie- oftewel emotionele agressie. Aan de andere kant kun je te maken krijgen met instrumentele agressie. Frustratieagressie is veelal reactief, instrumentele agressie is proactief. Bij frustratieagressie is er een hoge mate van arousal, er wordt gereageerd vanuit een frustratie. Door gebrek aan zelfcontrole kan het behoorlijk heftig worden. Belangrijk om je daarbij re realiseren is dat de agressie niet gericht is op de ander persoonlijk. Door er te zijn, en de emotie achter de frustratie te erkennen voorkom je dat de agressie op jou wordt gericht. Voorkom ook lichamelijk contact, want bij aanraken kan iemand ‘ontploffen’ waardoor de agressie alsnog op jou gericht wordt. Bij instrumentele agressie ligt dat anders. Dan wordt agressie als instrument ingezet om een bepaald doel te bereiken. Die agressie is dus specifiek op jou gericht. En dat kun je dus niet voorkomen, maar wel begrenzen”.

Moraalridderen

De werkelijkheid is echter dat je niet altijd kunt voorkomen dat je te maken krijgt met verbale of fysieke agressie. Dus wanneer het eenmaal zo ver gekomen is dat je in een situatie met agressie terecht bent gekomen, wat doe je dan wel en niet? Moes: “Er is een heleboel wat je kunt doen, daar kan ik je een hele dag training over geven. Maar wat voor mij ten allen tijde van belang is, niet te gaan oordelen of moraalridderen. ‘Zo doe je toch niet’, ‘doe effe normaal’, ‘is dat nou nodig’ en meer van dat soort zinnetjes. Die leiden in de regel echt niet tot een betere of veiligere situatie. Niet doen dus. Daarnaast vind ik het belangrijk om altijd in mijn achterhoofd te houden dat gedrag en persoon niet één zijn. Ook is het belangrijk dat je je als medewerker ‘gedekt’ voelt door je organisatie. Agressie gaat de hele organisatie aan en is dus niet alleen iets van de medewerker. Bij elke organisatie moet een protocol zijn, waarin afhandeling en opvang is geregeld. Als goed werkgever moet je organisatie ook zorgen voor opleiding en training zodat je als medewerker op een veilige manier je werk kan doen. Helaas moet ik concluderen dat bij verschillende organisaties waar ik train dit nog wel eens te wensen overlaat”.

Aangifte doen

Aangifte doen na agressie blijkt vaak een heet hangijzer. Moet je altijd aangifte doen van fysiek geweld door een cliënt? Ook als er overduidelijk sprake was van onmacht? En als je net jaren geïnvesteerd hebt in het tot stand brengen van een relatie met zo’n cliënt? Fenno Moes is daarin glashelder: “Ja. Het argument om geen aangifte te doen omdat je net jaren hebt geïnvesteerd in een relatie met de cliënt, gaat volgens mij volledig mank. Wat voor relatie is dat dan? Als bij huiselijk geweld een dochter door haar vader wordt geslagen, raad je dan ook aan dat de dochter geen aangifte moet doen omdat dat de vader-dochter relatie negatief kan beïnvloeden. Je doet aangifte op basis van het gedrag dat niet door de beugel kan. Niet op basis van de persoon. Ook als de agressie uit onmacht plaatsvindt zou ik pleiten voor aangifte. Veel daders van huiselijk geweld reageren uit onmacht, juist door aangifte kunnen zij uit de spiraal van geweld stappen.

Grenzen stellen

Aangifte doen kan dus helpend zijn, maar dat geldt ook voor grenzen aangeven in de omgang met elkaar. Moes: “Wees je ervan bewust dat agressie ook een vorm van communicatie is. Iemand uit iets. Het begrenzen van mensen in de manier waarop ze zich uiten, is ook een vorm van hulpverlenen. Heeft iemand een wond, dan behandelen we. Dan plakken we een pleister of zo. Maar als iemand niet weet wat een grens is, dan laten we het soms gebeuren. Grenzen stellen en aangifte doen is wat mij betreft ook een vorm van hulpverlenen”.

Op het congres over externaliserend gedrag verzorgt Fenno een deelsessie over dit onderwerp. Abonnees van de gratis nieuwsbrief van Blik op Hulp krijgen korting op de inschrijfkosten voor het congres.

Fenno Moes
Fenno Moes

Fenno studeerde aan de Faculteit Onderwijs en Opvoeding van de Hogeschool van Amsterdam en volgde opleidingen op het vlak van toegepaste psychologie. De opleiding “Violence Reduction” volbracht hij aan de Glamorgan University in Wales.

Interessant artikel? Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief en mis nooit meer iets!

Mee discussiëren over dit en andere artikelen kan in onze LinkedIn-groep.

Soortgelijke artikelen