
In het eerste artikel in deze reeks van twee, legde Chiel Egberts uit waarom het zo belangrijk het is om ouders te zien en te horen in het werken met mensen met kenmerken van een licht verstandelijke beperking (LVB). In deze tweede en laatste aflevering gaat hij in op het hoe en wat van het tot stand brengen van wederzijds vertrouwen.
Al vrij snel nadat hij in 1997 zijn eerste driehoek was gaan tekenen, ontstonden zijn motto’s; korte, prikkelende oproepen aan de hoeken van de driehoek om te werken aan een solide driehoek tussen hulpverlener, cliënt en ouders. “Pas veel later ontwikkelde zich vanuit die motto’s het Alfabet van de Driehoekskunde. Daarmee geef ik een concreet antwoord op de vraag hoe er vertrouwen onder driehoeken komt”.
Alles begint met de letter B van Bonus
Bonus betekent het goede. En een tweede betekenis is extra, surplus. Beide zijn nodig om beschadigd vertrouwen te herstellen. Het is de enige letter die alleen voor de professionals geldt; zij worden betaald om het goede te doen, het goede mag van elke professional worden verwacht. Wat dat goede precies is, is voor elke professional anders. “Voor tandartsen is dat iets anders dan voor schilders en voor leerkrachten en voor begeleiders is dat ook weer anders”, legt Egberts uit.
Doe wat je belooft
Maar wat voor iedere professional geldt is dat die doet wat die belooft. Precies daarover gaat het eerste motto in de Driehoekskunde: Doe wat je belooft; liefst iets meer, liefst iets eerder! Egberts: “Ik durf te zeggen dat het niet nakomen van juist dit motto vrijwel altijd de oorzaak is van een vastgelopen driehoek. Mijn eerste vraag aan ouders op het moment dat we met de direct betrokkenen om tafel zitten, is dan ook: Wat zouden begeleiders als eerste moeten aanpakken om jullie vertrouwen weer terug te laten komen? Vanaf het moment dat begeleiders daar ernst mee gaan maken, zie ik driehoeken opknappen”.
Juiste motivatie
Zoals ook geldt voor alle motto’s die nog volgen, is het volgens Chiel Egberts belangrijk om op twee punten de aandacht te vestigen:
“Doe het allereerst vanuit de juiste motivatie! Bonus is niet hetzelfde als pleasen van ouders, een manier om ze tevreden te houden. Bonus doe je omdat het hoort bij jouw professionaliteit; je houdt van je vak en dus doe je het goed. Bonus is iets waarop alle klanten van professionals recht op hebben. Op het extra – iets meer, iets eerder – hebben ze uiteraard geen recht, dat is een toegift waarvoor professionals kunnen kiezen.
Niet overdrijven
Doe iets. Ofwel, overdrijf niet. Wanneer is iets goed genoeg? Daar zullen ouders vaak heel anders naar kijken dan professionals doen. Egberts: “Ik vind een 7.5 een mooi cijfer om naar te streven; dat biedt ruimte om er geregeld ook een 8 en soms zelfs een 9 van te maken. Maar er zijn ook dagen waarop het cijfer veel lager uitpakt. Dat hoort bij het professionele leven, en daar zullen ouders het mee moeten doen. Te vaak zie ik teams-onder-druk vanuit angst krampachtig proberen om een 10 of zelfs nog hoger te scoren. Dat is voor mij geen Bonus. Die komt juist voort uit kracht en vanuit een eigen keuze. De boodschap die professionals daarmee aan ouders geven is: wij hebben onze zaken op orde, jullie kind is bij ons in goede handen!”
De letter V van Verbinding
Een driehoek bestaat uit drie lijnen; die noemen we de zijden van de driehoek. Als je ze zou kunnen vragen wat hun functie in de driehoek is, zou het antwoord zijn: wij verbinden de hoeken, maken de driehoek dus tot een driehoek. Dat geldt ook als we de driehoek als metafoor voor menselijke verbindingen zien. We zagen al dat de lijnen dikker of dunner, korter of langer kunnen zijn. Vrijwel altijd zijn de opgaande lijnen sterker en gemakkelijker dan de horizontale lijn onder de driehoek.
Juist omdat de verbinding tussen ouders en hun kind zo sterk is, doet elke professional er wijs aan om te werken aan een sterke verbinding met ouders. Dat begint met de juiste visie en vertaalt zich op allerlei manieren in de dagelijkse omgang met elkaar. Vanaf deze letter doen de ouders vanzelfsprekend helemaal mee.
Gedag zeggen
Maar hoe ziet dat er dan uit? “Om maar eens met het begin te beginnen: zeg elkaar gedag!”, bepleit Egberts. “Dat lijkt zo voor de hand liggend maar als een driehoek in moeilijkheden is, gaat niets vanzelf. Verbinden gebeurt als professionals en ouders elkaar een gemeend compliment geven. En elke keer wanneer ze over elkaar roddelen, gebeurt het niet. Daarom is dit het motto dat ik voor ouders gebruik: Denk, spreek – en voel – positief over de professionals die voor je kind zorgen!“
Egberts vervolgt: “Maar die professionals zullen daar dan wel aanleiding voor moeten geven, dat spreekt voor zich, en daarom begint alles met de letter B. Maar zelfs al is die uitstekend en al doen begeleiders hun best om er ook voor ouders te zijn, dan nog kan het moeilijk zijn om dit motto in praktijk te brengen. Sommige ouders verdragen het niet dat er een ander, een derde in het leven van hun kind is.”
De letter P van Positie
Kan er ook teveel verbinding zijn? Zeker. “Niet alle verbinding is gewenste verbinding”, legt Egberts uit. “Dat ook hier het juiste motief en matigheid belangrijk zijn, zal duidelijk zijn. Een sterke verbinding is iets anders dan dat je ook privé met elkaar omgaat. Professionals en ouders hebben iets omdat ze samen met het kind een professionele driehoek vormen. Die kan dus niet tegelijkertijd een privé-verhouding betreffen”.
Dat heeft volgen Chiel Egberts alles te maken met de laatste letter uit het alfabet van de Driehoekskunde. “Behalve lijnen kent een driehoek ook punten. Als we die zouden kunnen vragen naar hun functie binnen de driehoek zou hun antwoord zijn: Zonder ons punten zou er niet eens een driehoek zijn! Dan zou er een cirkel ontstaan. Maar met onze punten bepalen we de vorm van de driehoek“.
Positie en verbinding zijn dus twee aspecten die elkaar in evenwicht houden; ze hebben elkaar nodig. “Dat geldt zeker voor de menselijke driehoek. Zonder verbinding kan er geen vertrouwen ontstaan. Maar zonder positie wordt verbinding oeverloos, gaat verbinding woekeren. Omgekeerd leidt positie zonder verbinding tot machtsmisbruik en eenzaamheid. Dan kan iemand alle gelijk van de wereld hebben, maar dat gelijk is wel verwoestend.
Luizenmoeder
Ter illustratie maakt Egberts een uitstapje naar de televisie: “Juf Ank van de Luizenmoeder is een instructief voorbeeld van hoe P zonder V eruit ziet. Natuurlijk hoort zij de juf van de klas te zijn en bepalen niet de ouders maar zij wat er in die klas gebeurt. Maar ouders laten wel hun kind bij haar achter en dat gaat niet zonder V. Kees Momma, om een andere TV-coryfee te noemen, heeft een symbiotische band met zijn moeder. Professionals komen er in de documentaire niet of nauwelijks aan te pas (en staan dan ook nog eens in hun te korte rokje op een van zijn vliegtuigen). Tussen zijn moeder en hem is er V en geen of nauwelijks P. We zien zijn vader worstelen met die P en hij heeft geleerd dat het geen zin heeft om in deze driehoek zijn positie te bevechten”.
V-taal en P-taal
Chiel Egberts heeft het in de begeleiding van professionals graag over V-taal en over P-taal. “Het zijn twee totaal verschillende talen die professionals in de driehoek vloeiend en ook nog eens simultaan moeten leren spreken. In de trainingen Driehoekskunde is het aanleren van beide talen een belangrijk doel. Voor de meeste zorgprofessionals is de V-taal de taal die ze van nature spreken. Dat is hun kracht en tegelijk hun valkuil. Want soms vraagt een situatie om durf om P-taal te spreken”.
Casus
Aan de hand van een recent voorval legt Egberts uit hoe dat er in de praktijk uit kan zien:
“Gisteren belde een collega me omdat ze er niet uitkwam. Ze had lang en indringend met ouders gesproken en zou nu met de begeleider gaan spreken. Maar nu mailde de moeder haar dat ze graag bij dat gesprek wilde zijn. Wat moest ze doen? Het liefst wilde ze nee zeggen maar zou de net begonnen en dus breekbare relatie met ouders daartegen bestand zijn? En dus vroeg ze of er een reden bedacht kon worden die haar nee voor moeder acceptabel maakte.
Hoe helpend kan P-taal dan zijn! Natuurlijk wil ik u niet bij dat gesprek hebben! Net zoals ik lang en intensief naar u heb geluisterd, ga ik dat ook bij de begeleider doen. En daarna kom ik weer bij u terug.
Het lukte haar om moeder deze boodschap te geven, en die reageerde begripvol. Dat laatste gebeurt trouwens vaak als er (gepaste) P-taal wordt gesproken. Zeker als ook de V-taal op orde is. En er sprake is van Bonus in plaats van Malus. En dat heeft deze collega allemaal prima voor elkaar“.
Motto voor cliënten
Anders dan bij de B en de V heeft Egberts bij de P ook een motto voor de cliënten: Puberen moet je zélf doen! “Dat sluit naadloos aan bij de illustratie waarin ik de boven- en benedenroute liet zien. De positie van veel cliënten is zwak. Hun beperking maakt dat ze levenslang zijn aangewezen op mensen die het goede met hen voor ogen hebben en voor ze willen zorgen. Ouders, en later zussen en af en toe een broer, zorgen een leven lang en vaak vanzelfsprekend”.
Soms blijkt die zorg echter niet passend of niet gewenst. “Soms wordt hen onrecht aangedaan of worden hun wensen en zelfs hun rechten genegeerd. Dan kan het voor professionals verleidelijk zijn om tussenbeide te komen, om de redder te zijn en de korte bovenroute te volgen. Soms kan dat de enige juiste weg zijn. Maar vaker wordt dan een Positiefout gemaakt. Dan zit een professional in de verkeerde hoek. Bijvoorbeeld in die van de cliënt. Dan krijgen ouders twee pubers op de thee: hun kind en de – zelfbenoemde – advocaat van hun kind. Dat loopt zelden goed af”.
Puberen als eenzaam beroep
“Ik zeg wel eens tegen een cliënt dat puberen een eenzaam beroep is”, vervolgt Chiel Egberts. “Je kunt het alleen zelf doen, een ander kan en mag dat niet voor je doen. En puberen maakt eenzaam omdat je bewust andere keuzes maakt dan je ouders. Alleen daarom al zouden professionals zich erbuiten moeten houden. Het veroorzaken van breuken tussen een cliënt en diens ouders is niet zo moeilijk, maar wie heelt later die breuken? Er wordt duidelijk meer door cliënten gepuberd dan toen ik met het verhaal van de Driehoekskunde begon. Maar nog altijd durf ik te stellen dat puberen de meeste cliënten van nature niet ligt. Bewust doen wat je ouders verbieden of niet willen, zie ik nog steeds niet zoveel cliënten doen. Dat vraagt dus zelfbeheersing van hun begeleiders”.
Chiel Egberts verzorgt een videocollege op het online congres over LVB. Ook het online congres over multiprobleemgezinnen staat dit keer in het teken van verbinding.

Chiel Egberts studeerde orthopedagogiek en werkte als wetenschappelijk medewerker aan de VU. Daarna was hij orthopedagoog in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Momenteel werkt Chiel samen met zijn zoon Sjoerd als orthopedagoog in hun praktijk Drienamiek.
Interessant artikel? Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief!
Mee discussiëren over dit en andere artikelen kan in onze LinkedIn-groep.